Nu krijg ik bij soepstengels altijd de associatie met die doosjes gebakken smakeloze lucht uit de supermarkt. Liever noem ik het op zijn Italiaans Grissini de knapperige broodstengels met wat specerijen en kruiden en geurend naar een versgebakken stokbrood. Ik breek ze in stukjes om te dippen in tapenade en dipsauzen.
Grissini
300 gram bloem, 180 ml water, 30 ml olijfolie, droge gist 7 gram, 5 gram zout, 5 gram suiker. Dit is de basis voor het deeg.
Nu voeg je naar smaak kruiden en specerijen toe, ik gebruikte dit keer een eetlepel provenciaalse kruiden, eetlepel bruschetta kruiden, theelepel knoflookpoeder, 2 eetlepels hennepzaad.
Om te bestrooien eventueel maanzaad en sesamzaad of grof zeezout.
Oven voorverwarmen op 220 graden
Alle deeg en specerijen/kruiden mengsel kneden tot een soepel deeg. Afgedekt een uurtje laten rijzen.
2 bakplaten klaarzetten met bakpapier. Na het rijzen het deeg uitrollen op 1 van de bakplaten en met de pizzasnijder in smalle strookjes van ongeveer een centimeter snijden. Oppakken en dubbelvouwen enigzins uittrekken en ronddraaien tot een soort lange wokkel en op de andere bakplaat leggen. Dit herhalen totdat je 2 bakplaten met wokkels hebt liggen.
Besprayen met olijfolie bakspray en bestrooien eventueel met sesam of maanzaadjes en grof zeezout.
10 minuten bakken op 220 graden